Akkoorden

Bij de eerste opdracht van dit schooljaar ga je aan de slag met akkoorden. Je kan kiezen om deze opdracht uit te voeren op piano, gitaar of ukelele. Bij al deze instrumenten leer je wat akkoorden zijn en hoe je ze op dat instrument moet bespelen. Je wordt beoordeeld met een cijfer. Onder andere hoe veel je doet, hoeveel je jezelf uitdaagd en hoeveel voortgang je laat zien zal de hoogte van je cijfer bepalen. Ook zal er bijvoorbeeld gekeken worden naar inzet en hoe de uitvoering zelf gaat. Extra punten zijn te verdienen wanneer je bijvoorbeeld het complete nummer uitvoert, barré akkoorden leert of wanneer je bijvoorbeeld vaak andere leerlingen helpt.

Leerdoel: De leerling kan op zijn/haar eigen niveau akkoorden spelen op een zelf te kiezen akkoordeninstrument. De geleerde akkoorden en de bijhordende techniek van het instrument worden toegepast. Het eindresultaat zal worden gepresenteerd.

Uitleg akkoorden

Een akkoord is een samenklank van drie of meer tonen. De naam van het akkoord is de grondtoon, oftewel de toon waarop het akkoord is gebouwd. Dit hoeft niet altijd de onderste noot te zijn. Je kan de tonen van een akkoord namelijk in elke volgorde spelen. Dit noemen we omkeringen. Akkoorden kun je op alle instrumenten spelen waarbij je minimaal drie noten tegelijk kan spelen. Gitaar en piano zijn hier voorbeelden van, maar je kan ook denken aan instrumenten als accordeon en harp.

Hieronder zie je drie majeur akkoorden C, G, Am en F. Kijk eens goed uit welke noten deze bestaan.

Majeur/Mineur

Er bestaan zowel majeur als mineur drieklanken. Grofweg klinkt een majeurakkoord vrolijk en een mineurakkoord minder vrolijk. Dit hoeft echter niet altijd het geval te zijn. De opbouw van de twee akkoorden zijn een  beetje verschillend. Alleen de tweede noot uit het akkoord is een halve toonsafstand verandert. 

Bij een mineurakkoord is het interval (toonsafstand) tussen de eerste en de tweede toon van een het akkoord een halve toon lager dan bij een majeur akkoord. Een voorbeeld hiervan is C-mineur, of kortweg Cm. Een C akkoord bestaat, zoals hierboven te zien is uit C, E en G. E is hierbij de tweede toon van het akkoord.  Wanneer je kleine (halve noten) stapjes telt vanaf de grondtoon C zul je 4 stappen maken. Wanneer deze een halve toon verlaagd wordt krijg je een Es. (de zwarte toets links naast de E) Deze nieuw ontstane drieklank bestaande uit C, Es en G is een mineur drieklank (nu nog maar drie halve stappen). 

Opdracht

Bij de eerste opdracht van dit schooljaar ga je aan de slag met akkoorden. Je kan kiezen om deze opdracht uit te voeren op piano, gitaar of ukelele. Bij al deze instrumenten leer je wat akkoorden zijn en hoe je ze op dat instrument moet bespelen. Je wordt beoordeeld met een cijfer. Onder andere hoe veel je doet en je jezelf uitdaagt, en hoeveel voortgang je laat zien zal de hoogte van je cijfer bepalen. Ook zal er bijvoorbeeld gekeken worden naar inzet en hoe de uitvoering zelf gaat. Extra punten zijn te verdienen wanneer je het complete nummer uitvoert en/of wanneer je ook zingt bij de uitvoering.

Als je al gitaar speelt is het wellicht leuker om piano te gaan spelen. Anders zullen we op zoek gaan naar extra uitdaging. Stil zitten doen we niet aan dus. Wanneer je al een beetje gitaar speelt maar nog geen barré akkoorden kan zou je bijvoorbeeld daarmee aan de slag kunnen. Ook zou je een eigen nummer kunnen kiezen welke je graag wilt spelen, zou je iemand die wilt zingen (of jezelf) kunnen gaan begeleiden met je instrument, enz.